De afgelopen weken heb ik mensen uitgenodigd om te stemmen op een Poll over de volwassenheid van Social Media in hun organisatie. De respons geeft een indicatie van de eigen waardering door professionals die betrokken zijn bij Social Media activiteiten. Iets meer dan de helft (51%) geeft aan dat Social Media op Ad Hoc of Experimentele basis wordt ingezet, terwijl 48% aangeeft al verder te zijn met een functionele of strategische benadering. In dit artikel staan de resultaten en een beschrijving van de volwassenheid fasen in het gebruik van Social Media:
Wat mij vooral opviel, is de relatief lage leeftijd (tot 36) van de respondenten. Kennelijk zijn vooral jonge professionals met dit onderwerp bezig én bereid om op deze vraag te reageren. Een greep uit de opmerkingen:
Bij YER varieert het social media gebruik per consultant. Zelf gebruik ik social media voor het vinden van goede kandidaten, posten van vacatures, volgens van laatste trends op online marketing en arbeidsmarktcommunicatie en het delen van kennis en informatie met anderen. Social Media geeft mij persoonlijk een “online” gezicht naar de markt die voor mij relevant is. – Noël Benitez.
Al 3jr+ strategisch onderdeel voor onze recruitmentaanpak en www.werkenbijdeloitte.nl case en nu bedrijfsbreed aan het uitrollen (tijdelijke aanjaag-project) daarna moet media ‘gewone’ onderdeel zijn van media-middelen mix. – Roos van Vugt.
Twitteraccounts geopend, vanavond basic training ‘Twitteren’ gehad en komende week gaan we ons verdiepen in Bloggen. Dan maar eens brainstormen met elkaar ‘hoe nu verder’! – Marjan Mullié.
Social Maturity Model: Groeien in volwassenheid van Social Media
De respondenten van deze Poll zijn actieve Social Media gebruikers en daarom vermoed ik dat verreweg de meeste bedrijven zich nog in de eerste of tweede fase bevinden. Maar wat houden deze eigenlijk in? Ze zijn ontleend aan het Social Maturity Model, dat ontwikkeld is door M&I Partners en uit 4 fasen bestaat: Ad hoc, Experimenteel, Functioneel en Transformatie.
Fase 1: Ad hoc
Dit is het niveau waar personeel op eigen initiatief Social Media individueel gebruiken. Het gebruik is ongestructureerd en vanuit de organisatie gezien weinig doelgericht. Enkele medewerkers hebben bijvoorbeeld een Twitter-account en/of een Facebook-pagina. Kenmerkend is dat individuele activiteiten niet structureel bijdragen aan de organisatiedoelen. Medewerkers zetten Social Media veelal in op persoonlijke titel, voor eigen doelen en interesses, waarbij zakelijke en privé vaak door elkaar lopen.
Fase 2: Experimenteel
In deze fase heeft de organisatie Social Media als fenomeen geaccepteerd en is zij gestart met een serieuze verkenning van Social Media. Medewerkers zijn bijvoorbeeld gestart met een corporate Twitteraccount, links naar Social Media op de website of het plaatsen van filmpjes op Youtube. De initiatieven zijn experimenteel van aard en men evalueert de experimenten om van de ervaringen te leren. Afdelingen nemen zelfstandig initiatief, zoals een marketingafdeling, Human Resources of Research & Development. Er ontstaat behoefte aan beleid en een strategie om de initiatieven meer doelgericht te maken en controle te verkrijgen op individuele acties. Het ontvangen en teruggeven van reacties is ongestructureerd en afhankelijk van de kwaliteit en het initiatief van de individuele medewerker.
Fase 3: Functioneel
Dit is het niveau waarop de organisatie Social Media doelgericht ten dienste van de organisatie inzet en als volwaardig middel integreert met bestaande processen. Men zet Social Media in voor de activiteiten waar men denkt dat het een toegevoegde waarde heeft, bijvoorbeeld voor marketingcampagnes. Enkele medewerkers zijn bijvoorbeeld erg actief op Twitter of hebben een blog. Men communiceert via Social Media met klanten, leveranciers en partners. De grenzen tussen afdelingen vervagen. Men stelt een beleid en best practices op voor het gebruik van Social Media. De uitvoering van het beleid wordt belegd en mogelijk wordt er een ‘Social Media manager’ aangesteld. Het ontvangen en geven van reacties is gestructureerd en de resultaten van Social Media monitoring tools worden structureel gebruikt.
Fase 4: Transformatie
Zodra de grenzen tussen de organisatie en ‘de buitenwereld’ vervagen, bereikt een onderneming deze vierde fase. De organisatie en haar stakeholders transformeren naar een samenwerkingsnetwerk dat nieuwe waarde creëert door de inzet van Social Media. Social Media zijn volledig geïntegreerd in de strategie en bedrijfsvoering, waardoor de organisatie concrete resultaten haalt met bijvoorbeeld co-creatie of Social Lead Management. Men zet Social Media doelgroepgericht en strategisch in en gebruikt tools om belanghebbenden en influencers te benaderen en samen met hen initiatieven voor waardecreatie te ontplooien.
Herkent u één of meer fasen? En in welke fase bevindt uw onderneming zich momenteel? Voel u vrij om te reageren met vragen, opmerkingen of suggesties!
Dag Jos,
Ik heb een vraagje?
Ik zit bij een bedrijf dat hulp bied in de zorg. Dus is onze doelgroep kun je wel zeggen enorm groot…
Hoe zou je dit op een grote doelgroep als deze kunnen toepassen?
Met vriendelijke groet ,
Daniel
Dag Daniel
Ik weet niet zeker of ik je vraag goed begrijp, maar volgens mij wil je jouw doelgroep segmenten naar volwassenheid in Social Media. Dan zou ik een online enquête of poll maken en ze uitnodigen om daaraan mee te doen. Zorg wel voor de juiste vraagstelling en let op de call-to-action. Als je daarbij hulp nodig hebt, dan hoor ik het graag.
Succes, Jos